Droomthee – Tjebbe van Dijk

Droomthee – Tjebbe van Dijk

‘Het spijt me Mike, ik moet je ontslaan. Er komen bijna geen orders meer. We moeten bezuinigen en ik moet vier man ontslaan. Last in, first out. Daar ben jij er helaas één van.’ 
Van Vliet keek me meewarig aan en draaide zijn handpalmen naar boven. ‘Sorry, jongen, maar ik kan niet anders.’
Hij streek over zijn degelijke zijden stropdas met het geborduurde logo van ons bedrijf. Zijn bedrijf. 
Vanaf nu maakte ik er geen deel meer van uit. Hij gaf me een hand. Een teken dat ik kon opstappen. Ik kon het niet bevatten. Met een extra maandsalaris, stond ik na vijf jaar werken op straat. Het leek nog wel een baan voor het leven. Wat nu? Hoe zou Ilona reageren als ik thuis zou komen met deze boodschap? 
 
‘Wat? Dat kan zomaar niet. Wat heb je tegen hem gezegd?’ Ilona keek me met fonkelende ogen aan. Of ik er iets aan kon doen. 
‘Ik zie het al. Je hebt je gewoon laten wegsturen. Heb ik weer, getrouwd met een watje. Ik had het kunnen weten toen ik je ontmoette. Iemand die als volwassen kerel nog thee dronk.’
Ze stampte naar de keuken, en zette driftig koffie. Het geluid van de Senseo overstemde haar gebrom. Ik liet me zachtjes op de bank zakken.
‘Daar zijn we dan mooi klaar mee,’ ging ze verder terwijl ze de kopjes op de tafel zette. ‘Wat nu? We hebben een kind, weet je wel? Een baby die voorlopig nog een tijdje geld vreet. Ik kan niet terug naar Blokker, je zal zo snel mogelijk een nieuwe baan moeten zoeken.’
 
De medewerker van het CWI wees me op een baan in Amsterdam. Medewerker van de postkamer. Dat betekende iedere dag bijna een uur reizen naar ons dorp, maar ik moest toch wat! Tot mijn verrassing mocht ik op gesprek komen en werd ik aangenomen. 
Cor, een stoere en stevige man van tegen de vijftig bleek een aardige collega te zijn. Na het sorteren van de post op afdeling, vond hij het tijd worden voor een pauze. ‘Wat mag het zijn Mike?’ vroeg hij ‘Koffie of thee? Ik neem thee.’
‘Thee?’ vroeg ik een beetje verbaasd. Jammer dat Ilona hem niet kon zien. 
‘Ik heb sinaasappelthee en kruidenthee, welke wil je?’
‘Doe maar kruidenthee.’
‘Okido.’ Uit zijn legergroene pukkel diepte hij een papieren puntzak met thee op.
‘Hé, dat is bekend, zo’n zak met losse thee had mijn moeder vroeger ook altijd, waar koop je die?’
Hij keek me geamuseerd aan. 
‘In een leuk klein winkeltje dat gevestigd is in een souterrain op de Koninginnegracht. Weet je daar dat voetgangersbruggetje? Als je van deze kant komt, bruggetje over en dan is het meteen aan de rechterkant.’
‘Dat ga ik straks direct opzoeken, misschien stap ik ook weer over op thee.’
 
Het was eenvoudig te vinden. Ik moest een paar treden naar beneden. Binnen was een toonbank met daarachter net ruimte voor hooguit één persoon en een groot aantal stopflessen met thee. Aan een spijker ernaast hingen bruine papieren puntzakken.
De jonge vrouw die door de glazen deur naar achteren binnenkwam was mooi. Mooi? Nee, heel erg mooi. Jammer van dat jasje wat ze aanhad. M’n moeder had vroeger ook zo’n jasje waar ze vieze werkjes mee deed. Als er gebeld werd, zei ze: ‘Vlug dat ding uit, anders schaam ik me rot.’
‘Wat kan ik voor je doen?’ vroeg ze vriendelijk.
‘Ik wil graag thee.’
‘Dan ben je aan het goede adres,’ zei ze met een verleidelijke glimlach. 
‘Eh. Nou. Wat hebt u zoal?’
Ze wees op de flessen achter haar. ‘Ik heb diverse soorten kruidenthee, vruchtenthee en natuurlijk ook, zeer geliefd op het ogenblik, rooibos met een smaakje.’
‘Graag een zakje gemengde kruidenthee en ook maar een onsje van die rooibos. Bestaat dat met citroensmaak?’ 
‘Dat is er. Dat was het?’
‘Ja, dit eerst maar eens opdrinken.’
Ik rekende af.
‘O, wat ik vergeet te zeggen, ik heb ook droomthee, net binnen.’
‘Droomthee, nooit van gehoord, hoe smaakt dat.’
‘Hoe zal ik dat nou eens uitleggen? Een beetje zoetig moet het zijn, net als zoethout ongeveer,’ zei de vertegenwoordiger. ‘Ik heb het zelf ook nog niet geproefd. Maar als je even tijd hebt, dan zal ik wat zetten. Ik ben eigenlijk ook wel nieuwsgierig. Loop maar even mee.’
Ik liep de vier treetjes achter haar aan naar boven.
‘Ga maar zitten, dan zet ik even water op.’
Ze deed haar jasje uit en haar bloesje onthulde vaag haar niet gevangen borsten.
‘Het lijkt wel of je het mooi vindt,’ zei ze. ‘Je kijkt zo verbaasd.’ 
‘Eh. Mijn moeder had ook zo’n jasje.’
Ze zette water op. 
‘Ik vind je grappige kerel,’ zei ze. ‘Je gaat zeker vaak naar een sportschool? Een bonk spieren zo te zien.’
‘Ik tennis en sinds kort doe ik aan vrij worstelen.’
We dronken thee uit een mok. De geur dwarrelde aangenaam m’n neus in.
‘Dat vrij worstelen, doen daar ook dames aan mee?’
‘Ja, maar dat heb ik van horen zeggen. Samen in ieder geval niet.’ 
‘Ik heb het warm.’ Ze trok ook haar bloesje uit en ik zag dat haar borsten genoten van deze plotselinge vrijheid.
‘Die mogen er zijn!’ flapte ik er uit.
Het leek wel of ik droomde. Ik kreeg het ook warm.
‘Och, ze zijn stevig, je mag wel voelen.’
Aarzelend stond ik op en raakte haar voorzichtig aan.
‘Niet zo preuts, je hebt dat toch wel eens meer gezien?’
‘Ja natuurlijk… klein maar stevig. Mag ik ze kussen?’
Wat mankeerde mij eigenlijk? Wildvreemde vrouw en na een gewoon kopje thee ging ik uit mijn bol. Of zou die droomthee…!? 
Ze sloeg haar armen om mij heen en ze zoende, we zoenden.
‘Wacht even,’ zei ze.
Ze deed vlug haar bloesje aan en liep gehaast het trapje af naar de winkel, deed de winkel op slot en hing een bordje voor het raam.
Ze trok haar bloes weer uit en liet ook de rest van haar kleren vallen. Ze vlijde zich neer op de brede rustbank. ‘Blijf je daar staan? Kom je, ik wil je voelen.’
 
Met m’n puntzakjes thee liep ik weer op straat, ik was vreemd gegaan. Ik kon het zelf nauwelijks bevatten. Dit kon helemaal niet, maar het was wel erg prettig geweest.
Thee! Nou ja, wat is het nou helemaal, heet water met een kleurtje,’ zou Ilona zeggen. Misschien heeft ze gelijk. Maar dan heeft ze nog nooit van die droomthee gedronken. 
 
Een week later sta ik weer voor de winkeldeur, er hangt een bordje: ‘Ben er even niet.’

Beoordeling Gerard Klappers

In een verhaal is het meestal wenselijk dat de lezer weet waarom de hoofdpersoon doet wat hij doet. De lezer hoeft heus niet alles tot in de details te weten maar wil wel een beetje houvast hebben. Er moet dus sprake zijn van oorzaak en gevolg. In dit verhaal lijkt dit duidelijk doordat de gebeurtenissen elkaar chronologisch opvolgen. Elke stap zet de volgende in gang en zo springt het verhaal vooruit tot het einde. Toch werd ik niet enthousiast van dit verhaal. Dit komt doordat de schijnbaar samenhangende gebeurtenissen als los zand aan elkaar hangen. Het begint met het ontslag van Mike, als gevolg daarvan krijgt hij ruzie met zijn vrouw. Dan gaat Mike solliciteren, vindt een nieuwe baan en komt aan de praat met Cor. Cor wijst hem op een winkeltje waar hij de beste thee kan kopen. Mike gaat daar naartoe, krijgt droomthee en gaat vreemd met de verkoopster. Op het einde vraagt Mike zich af of hij het zich verbeeld heeft of dat het toch echt gebeurd is. Maar wat is Mike er nu mee opgeschoten? Heeft hij wraak genomen op zijn vrouw? Heeft hij een bijzondere droomthee ontdekt die hij wil blijven gebruiken? Of is het echt en wil hij nog vaker vreemdgaan met de verkoopster? 

Alle stappen in het verhaal zijn logisch maar ze lijken lukraak gekozen. De essentie van dit verhaal bestaat uit het thema dromen. Of het wel of niet echt is gebeurd. Al het andere doet er dus niet toe, omdat er niet op teruggekomen wordt. Mike hopt de personages af die hem de weg wijzen maar je ziet ze nooit meer terug. De baas die hem in het begin ontslaat niet, Cor niet, en zelfs zijn vrouw niet. En het is wel duidelijk dat het vreemdgaan met een knipoog naar zijn vrouw toe is, maar dit blijft bij een terloopse suggestie. Het rond  schrijven van dit verhaal is niet helemaal gelukt. Dit komt ook door het ontbrekende motief van Mike voor het vreemdgaan. Zijn vrouw klinkt dan weliswaar niet zo aardig, maar is dat de reden van het vreemdgaan? Dat kan, maar wil dit verhaal inhoud krijgen dan had Mike actief een doel na moeten streven. Maar Mike doet niets, hij laat zich leiden en verleiden en loopt even later met een puntzakje thee over straat. En hij weet zelf niet wat hij ervan moet vinden.  

Het verhaal is te simplistisch in elkaar gezet om goed tot leven te komen, het personage Mike blijft veel te oppervlakkig en er is veel teveel in een te kort verhaal gestopt.

Waar het verhaal wel goed tot leven komt is de passage in de theewinkel. Daar zien en horen we door middel van handelingen en dialogen wat meer van de personages. 

Positief is wel dat de schrijfstijl helder en duidelijk is en dat de schrijver beschikt over veel fantasie. Hiermee moet het mogelijk zijn om tot een beter verhaal te komen. Helaas kan ik er nu niet positiever over zijn.